14 juni 2023 Eigen artikels Komen er barsten in de fundering van het vastgoed?

Belgen hebben van oudsher een baksteen in hun maag, dat is algemeen geweten. Dat kan in fysiek vastgoed of via de beurs. Die (beleggings)baksteen heeft hen in 2022 echter weinig plezier opgeleverd, tenminste als we naar de beursdalingen kijken van de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (GVV’s). Geldt dit enkel voor het beursgenoteerd vastgoed of kende ook het fysiek vastgoed zulke prijsdaling? En zal deze malaise zich verder zetten in 2023?

Waarom is op de beurs de vastgoedsector harder getroffen dan vele andere sectoren?

Inflatie is het woord van het jaar 2022 geworden. Om deze inflatie enigszins in te dijken, trokken de centrale banken wereldwijd de rentevoeten op. Dit heeft een grote impact op de rentegevoelige vastgoedsector die zich de voorbije jaren kon financieren aan zeer lage rentes. Dat maakt veel investeerders nerveus en doet hen twijfelen of de gouden decennia van vastgoed voorbij zijn. De stijgende rentevoeten van de centrale banken hebben er immers voor gezorgd dat ook de 10-jarige rentevoeten wereldwijd een stevige klim hebben gekend (zie Grafiek 1). Deze lange termijn rentevoet geldt als referentierentevoet voor de kredietfinanciering.

In 2022 zijn de krediettarieven gemiddeld met maar liefst 2 tot 3% gestegen. Dit heeft de vraag naar kredieten fors doen afnemen. En duurdere kredieten hebben ook een negatieve impact op de “vastgoedkoopkracht”. Door de gestegen rente moet de vastgoedkoper immers meer maandelijks aflossen om hetzelfde voorziene bedrag te ontlenen of anders geformuleerd: hij kan in absolute bedragen minder ontlenen voor dezelfde maandelijkse aflossing. De leencapaciteit is zo in 2022 met ongeveer 13% afgenomen. Dit is de grootste daling sinds 1980, niet toevallig een jaar waarin de inflatie ook sterk was gestegen ten gevolge van de oliecrisis.

Meer weten? Lees het volledige artikel hier.